Die nacht, toen wij voelden dat de aarde ging beven,
Snelden wij allen toe en namen hem bij de hand,
Omdat wij hem beminden met die grote liefde,
Die weet, maar niet begrijpen kan.
En toen de bruisende bergwand brak
En onze hele wereld als in regen naar beneden stortte,
Redden wij hem, wij van het Kleine Volk,
Maar lacy! weerkeren zal hij nooit meer.
Rouwt nu, wij redden hem terwille
Van de arme liefde, die wilden geven kunnen.
Rouwt nu! Uw broeder zal niet meer ontwaken,
En die van zijn geslacht, jagen ons weg
- Lijkzang der Langurs.
Uit: Het Djungelboek, Rudyard Kipling
Uit het Engels vertaald door J. en M. Duyvewaert
Band, omslag en schaaftekeningen van H.D. Voss
Copyright Die Poorte, Antwerpen 1954
Geen opmerkingen:
Nieuwe opmerkingen zijn niet toegestaan.