Dit reeksje foto’s toont een man die nonchalant over straat wandelt – vastgelegd door een straatfotograaf, waarschijnlijk in de late jaren 1920. We hebben het hier over spontane momentopnamen: drie opeenvolgende beelden alsof een film even stilgezet is.
Een model dat snel zo’n reeks kon ‘schieten’ was de Mandel Photo Postcard Machine (gemaakt 1911‑1930). Wat dit drieluik onderscheidt is de alledaagsheid van het moment: geen sport, geen dans, geen dramatische actie, gewoon een man die langsloopt. Dat maakt het juist intrigerend. Het is geen technische studie, maar ook geen achteloze kiek. Het zit ergens tussen documentair en geënsceneerd, en dat spanningsveld is zeldzaam.
In deze periode dook de straatfotograaf op in veel Europese steden. Voorbijgangers werden onverwacht gefotografeerd, kregen een kaartje mee en konden later een afdruk kopen. Zo ontstonden betaalbare en speelse souvenirs van het dagelijks leven.
De man draagt een driedelig pak met wijde broekspijpen en een platte pet: modekenmerken die precies in deze tijd populair waren. Samen met de ouderwetse fietsen en het geplaveide straatbeeld komen we uit op 1926‑1929, zoals altijd onder voorbehoud.

